maandag 24 maart 2014

TE ARAROA : deel 1 : richmond range


Dag allemaal,

De Te Araroa  (TA) is een lange afstandswandeling die van Cape Reinga op het noordeiland tot Bluff, het zuidelijkste punt van het zuideiland loopt. 3000km lang maar ik wil alleen het deel op het zuideiland wandelen. Nog altijd goed voor 1500km.

Waarom het zuideiland? Omdat dit veel minder bevolkt is en daardoor wandel je veel meer in de natuur en hier vooral veel in de bergen. De Te Araroa is niet een 1 route maar een verzameling van al bestaande wandelingen en nieuwe verbindingsstukken. Soms lukt het niet om die verbindingen in de natuur te leggen en moet je op de wegen en soms zelfs op de highways wandelen. Ik heb al besloten om die delen te liften. 

Ik vertrek op 20 december met de veerboot van Wellington naar Picton in de Marlborough sounds. Dit is een gebied met zeer vele, grote en kleine zee-inhammen, baaien enz. Exreem mooi en dus ook heel populair.
De TA vertrekt op Ships Cove aan de Queens Charlotte track. Queen Charlotte is de naam van een van die grote zee-inhammen. Ships Cove is een kleine beschutte baai die heel bekend is omdat de beroemde kapitein James Coock hier meerdere malen beschutting zocht op zijn wereldreizen en die dit gebied ook in kaart bracht.

Een watertaxi (kleine boot) brent me naar dit beginpunt maar dit is tegelijkertijd ook een postronde. Ik zie hoe de lokale mensen post krijgen. Vele van deze woningen (meestal boerderijen) zijn enkel bereikbaar via het water.  Het is leuk om dit te mogen meemaken.
De schipper geeft ook veel uitleg wat het extra leuk maak. 2 jonge Duitse meisjes gaan hier enkele weken whoofen (werken in ruil voor onderdak en voeding). Ze zeggen dat ze in paradijs mogen werken. Ik geef ze geen ongelijk. Het is een prachtige streek.

Ik wandel enkele dagen en geniet ervan. Ik heb wel enkele malen regen maar niet te erg. Ik zie nog enkele dolfijnen spelen in 1 van de baaien. Het is heel gevarieerd wandelen. Soms op het strand, soms in heuvels waardoor je unieke uitzichten krijgt.
Minder goed is het feit dat mijn blaar op mijn hiel niet volledig genezen is. Een gevolg van wandelen met natte schoenen in de pinnacles. Wat ik niet weet is, dat ik zoveel met natte schoenen zal wandelen dat 3 maanden later bij het einde ik nog steeds last zal hebben van deze blaar.

Ik regel het zo dat ik op kerstmis in de voormiddag in een groter dorp (Havelockx) aankom. Het is mijn bedoeling om er eten te kopen en dus mijn eigen kerstmaal te bereiden. Helaas werkt het hier niet als in Belgie en niets maar dan ook niets is open. Ik heb enkel nog brood en noodle-soep en dat wordt mijn kerstmaal.

De volgende dag begin ik aan het Richmond gebergte. Dit is het deel dat het langste duurt nl 10 dagen voor je weer een winkel tegen komt. Het is ook hoger in het gebergte waardoor je door slecht weer kunt vastzitten. Je kunt wel schuilen in berghutten die daarvoor speciaal gebouwd zijn. Vroeger stierven er wandelaars omdat ze verrast werden door het slechte weer. Dit kan heel snel opkomen omdat de zee niet ver weg is.

Om in deze hutten te mogen overnachten moet je een hutpas hebben. Ik wil die hier kopen maar dat gaat niet. Hoewel me dit beloofd was maar zoals gewoonlijk wordt daar niet moeilijk over gedaan. De lokale ranger schrijft gewoon een papiertje dat ik betaald heb en klaar is kees.

Vanaf hier wordt er gesproken over wandelen in Height and Solitude. Dus in hoogte en alleen. Door het verlof zal ik daar niets van merken, In de eerste hut is al zoveel volk dat ik moet kamperen. Het werkt zo dat de eerste die toekomt de keuze heeft. De laatsten slapen buiten. Het noemt First come, first served.

Roberto is hier ook maar hij heeft al snel een problem. Officieel is dit deel in 2 delen verdeeld. Je kan immers halfweg via een zijweg naar een dorp wandelen. Roberto heeft de informative maar snel bekeken en dus maar voor 5 dagen voedsel bij. Hij zal de volgende dagen proberen om dubbele afstanden af te leggen. Eerst lukt dit. We kunnen dit volgen omdat elke wandelaar berichten achter laat in de hutboeken. Dit laat reddingswerkers toe om te zien waar ze iemand moeten zoeken als er problemen zijn. Later missen we de berichten van Roberto en vernemen dat hij en enkele anderen met een helicopter zijn geevacueerd. Ze zaten vast tussen 2 beken die overstroomd waren door regen en hadden honger en hebben dus search and rescue verwittigd. Dit is gratis en daardoor wordt er soms wel eens misbruik van gemaakt.

Verder ontmoet ik Andreas en Stephen. Beiden zal ik nog 6 weken lang regelmatig opnieuw ontmoeten. Andreas stopt dan om terug te gaan werken en ik heb hem gisteren gaan opzoeken in Wellington. Hij is een jonge Duitser die al bijna 2jaar in NZ woont en werkt.
Stephen is van Australie en wandelt zowel het noord- als zuideiland. Ik verlies later het contact met hem als ik door vermoeidheid bijna opgeef. Dit gebeurd in de Two Thumb range maar dat vertel ik later. Hij heeft gelijkaardige problemen in de laatste week en zal uiteindelijk maar 1 dag voor me eindigen. We hebben dan nog een fijne reunie in Invercargill.

Regelmatig krijgen we te maken met slecht weer. Regen, mist enz. Soms is de mist zo erg dat we de wegwijzers niet of amper kunnen zien. Op zondag, 29 december, is het echt erg. Soms moet ik wachten tot de wind de mist even weg blaast zodat ik kan zien hoe ik moet wandelen. Er zijn momenten dat ik zowel de markeringen voor me als achter me niet zie. Dit is heel gevaarlijk om te verdwalen en is erg stresserend maar het lukt me om de hut te bereiken en al de anderen zijn er ook.

De volgende dag is het weer erg. Vooral door de regen besluiten we ieder afzonderlijk om halverwege de dag te stoppen. (elke dag passeer je rond de middag een hut die dient om beschutting te geven als het weer te slecht wordt). Dit is vooral voor Stephen heel erg omdat hij nu op zijn 54ste verjaardag zal wakker worden in Old Man hut (oude man). Hierdoor krijgt hij natuurlijk de bijnaam Oude Man. Vooral omdat hij 3 dagen van tevoren hierover al begon te klagen. Ik had hem dan ook daar helemaal  niet verwacht.
We maken hier ook kennis met een lokaal koppel Julie-Ann en Tom die door het slechte weer helemaal niet wandelen. We kunnen zo goed met elkaar opschieten dat ze hun route veranderen en nog 4 dagen met ons meewandelen. Volgende week zal ik ze in Nelson opzoeken.

Oudejaarsavond wordt fijn gevierd. Ik trakteer op koekjes en chocolade. Tom heeft een flesje bourbon bij. We kunnen allemaal 1,5 slok nemen en dan is het gedaan.
We slapen om 22u maar worden gewekt door Stephen die vreselijk snurkt. Happy New Year is de commentaar en lachend gaan we terug slapen.

Het is niet allemaal erg. Op de juiste momenten is het weer wel goed voor ons. Nl op de top van Mount Rintoul wat fantastische herinneringen oplevert ook al is het zeer zwaar wandelen door lawine gebied en de vele losse stenen. Op een gegeven moment leun ik heel even tegen een grote 60kg zware steen die dan begint te schuiven. Ik schrik me rot maar ben gelukkig niet in zijn pad. Hij schuift maar 1m maar toch.

Soms gaat het pad door een beek en moet je deze een tiental keer oversteken. Als het regent kan het water snel stijgen en moet je wachten tot het weer zakt. We krijgen te horen dat er de volgende dag een stormt aankomt en haasten ons om de beek daarvoor te passeren. Ik ben de laatste en zie die dag echt af. De storm komt een halve dag te vroeg en verrast me. Ik ben nog in de beek als het begint te regenen en krijg zelfs  5 minuten hagel te verwerken.
Gelukkig is de storm maar heel klein en bereik veilig en wel de hut waar we nog lang praten en lachen bij een warm vuur en een hete koffie.

Genieten doe ik ook van de Kea. Een kleine fel gekleurde roofvogel die gekend is voor zijn nieuwsgierigheid. Hij volgt me gedurende 1 uur. Soms bijt hij door tenten, maakt de koorden los en vernietigd zelfs de rubben van ruitenwissers van autos's.

Op de voorlaatste dag verlies ik het contact met de anderen omdat ik door regen verkies om vroeger te stoppen en in een andere hut slaap. Het is wel niet zo leuk als je koud en nat bent en dan nog water moet halen in de beek en je hout moet hakken om het vuur gaande te krijgen. Het is een van de weinige keren dat ik alleen slaap in een hut. Dit is ook een van de momenten waarop ik me afvraag waarom ik dit doe.
Yuki, een Taiwanese fietster, die ik in Australie ontmoette, vertelde me hierover. Ik dus als zij het kan, kan ik het ook. Dus waarom doe ik dit : omdat iemand anders me vertelde dat het leuk was. Dat is dan het antwoord dat ik geef als we erover praten/lachen. Maar al bij al zie ik geweldig mooie landschappen en ervaar ik een uniek sfeer die enkel in afgelegen berghutten is te vinden.

Mijn nieuwjaars voornemen dit jaar is wel eenvoudig : volgende keer als ik Yuki tegen kom, zal ik haar de Mount Everst laten opfietsen en zeggen dat het simpel fietsen is. Dat is eigenlijk wat zij mij ook heeft aangedaan.

Op dag  11 eindigt deze etappe in Saint Arnauld. Elke zondag is hier een all you can eat BBQ en ik kan je garanderen dat ze wat mij en de anderen wandelaars betreft geen winst hebben gemaakt,

wel, dit was deel 1. Ik hoop dat jullie het leuk vonden.

groeten.

nico

6 opmerkingen:

Mark Roosen zei

Hoi Nico, blij dat ondanks de up and downs je toch de adem hebt gevonden om door te gaan, zodat wij kunnen genieten van deze unieke verslagen,
als je terug in België komt zal ik een all-you-can eat sla-festijn houden ... :-)
ciao Mark

luc zei

ik hoop dat het afzien ook resultaat gaat hebben in de afslankpoging of bekijk ik dit vanuit een verkeerde ooghoek

Anoniem zei

Waar heb je die dolfijnen precies zien spelen? ik wil ook is gaan kijken ;)

Marieke zei

ai , ik was perongeluk anoniem, maar t is nichtje Marieke die vorig bericht zond

Marc zei

Hierbij laat ik een kleine reactie achter en bevestig ik dat ik alles gelezen heb

ilse zei

nico, heerlijke verhalen! ik geniet en stuur u alle goeds! grappig om te merken in uw geschreven taal dat ge nu lang engels aan't praten zijt :)
groetjes lieve vriend van ons in kaulille.