maandag 8 september 2008

Prince george-icefield parkway - calgary in english

hello everybody,

This part is about the NP in Jasper and Banff.
Total cycling distance is now 7930km.

On thursday, augsut 28, i left Prince George and after an easy day i reached a good rest area with tenting possibilties. A local person had told me about it. Here i met Sarah and Olivier, 2 cyclist from Quebec who were allready camping here. We couldnot talk much because soon after i arrived it rained again. In the morning it was the same story. Olivier has been cycling for 3 months just like me and Sarah joines him now for a some weeks. Olivier has one bath experience with a bear. It came to his tent at night and did bite it but when Olivier woke up and made some noice the bear went away. I saw the holes in his tent and was very impressed.

The next day we had to endure a storm. Sarah and Olivier did find some shelter but i was low on food and had to go on.In Mc Bride we met again and here they told me that they had also a flat tyre.

Sarah and Olivier, it was nice to meet you and i hope you have a good trip from now on.

On saturday, i reached Jasper but was disappointed in the very touristic town. I longed for a pub with some live music but couldnot find it. The hostel was outside the town and had no place for me. So i put my tent up in the woods.

The next morning a local person saw and warned me that it was a 500 dollar fine for camping outside camogrounds. When we were talking we saw a wolf passing by.
Cycling into town i met Colin, another Canadian cyclist from Montreal, whoes aim is to reach the pacific ocean but he makes a detour now to see the beautiful NP here.
Between Jasper and Banff lies the very scenic icefield parkway where there are no trucks allowed. Unfortunally they allow big RV and in this long weekend with labourday there are lots of them.

I took the old HW to have less traffic but that did fail completly. I did see a black beer but have lost the count of how many i allready saw.

On the Athabasca falls i met Uli and Vera again. These are the 2 german cyclists i met before on Kenai peninsula and in Denlli NP. I was very happy to see them.
They are sick and tired of the bad weather and are now renting a car for a week. That is way they are here.

In the late afternoon i decide to cycle to a campground before the next pass but my infromation is wrong and the campground is near the top. Off course i need now much more time to reach it and i arrive in the dark. The altitude here is allmost 2000m and today i is the first day there was some snow.

In the kitchen shelter has a groupe a fire going on and i join them for a while. They are local guides for a group of british sodiers here on a highmountain training.
In the morning we cook together and because it is there last day i can take some leftovers from them.

This monday is a good day. It is the first day in a long time i dont have any rain and i see wonderfull beautifull things like Peyto lake. In my opinion more beautifull than the famous Lake Louise which i see the next day. I must admit with a whole lot of tourists and cars and under a clouded sky it is a bit different.

I meet Colin again and together we cycle to a hostel. Here there is a sauna and we enjoy it very much. The days on this altitude are allready cold so a sauna is an great thing to have.

On tuesday, september 2, Colin and i split for a while to meet again in Banff hostel. I visited lake Morraine because a friend told me it was beautifull. It is but they are also a lot of tourists there.
In the evening i take part of a pooltornament and can win a game but loose my second won.

On wednesday Colin and i cycle together to Calgary. It starts very fine with sunny weather and a good tailwind. Because we are coming out of the rocky mountains there is a lot of downhill and are average for the first 60km is 24km/h.

Than it start to rain and we even have some hail. In the mids of the hail Colin gets a flat tyre but luckely we can shelter at a gasstation.
We reach Calgary where Colin wants to stay with a friend but because we are early and she didnot reply his mail he has no place to stay. My host from warmshowers is very understanding and Colin can stay with him aswell.

On thursday Colin goes to his friend and we say goodbye.
In the evening i go to a meeting wich is very good but ends badly when my bicycle got stolen.
The next day i file a rapport at the police station and go searching on my own and after a few hours find my bike.

That evening i go to a pub to see some live music but there is no country music as they told me but hardrock. It is not good and so we go to the bar and have some beers, It was a fun night and i thank you for it Brad and Greg. Thanks again.

Tomorrow i leave Calgary to cycle to Yellowstone if the weather lets me to. I can be cold there this time of year.

Prince george-icefield parkway - calgary

Dag allemaal,

Nog een verslag en ik ben eindelijk bij met mijn weblog. Ik hoop dat het niet teveel leesvoer in 1 keer was.

route : Prince George-Jasper NP -Icefield Parkway-Banff NP-Calgary

totale afstand gefietst : 7930km


Fietsend naar Prince George zie ik ook het landschap veranderen van naaldbomen naar loofbomen en er zijn zelfs terug vele weiden en bewerkte velden. Dat was een tijdje geleden dat ik dat heb gezien.

Op donderdag, 28 augustus, verlaat ik Prince George en maak een foutje. Toen ik naar Prince George fietste waren er vele dorpen met winkels en op mijn kaart staan er ook verschillende aan de oostzijde waar ik naar toe fiets. Deze dorpjes op kaart bestaan niet of liggen ver van de weg en ik heb dus wat weinig eten bij me. Ik ben spaarzaam en bereik Mc Bride in 2 dagen. Onderweg ontmoet ik nog 2 fietsers Olivier en Sarah van oostcanada. Sarah fietst maar enkele weken maar Olivier is net als mij al 3 maanden onderweg. Hij heeft een sterk verhaal over beren bij. Op een nacht is er een beer naar zijn tent gekomen en heeft er in gebeten. Olivier is wakker geworden en en heeft geroepen en de beer is weggelopen. Ik heb de gaten in zijn tent gezien en geloof het dus. Ik had dit verhaal al eerder gehoord maar afgedaan als cafepraat. Je hoort immers zoveel overdreven verhalen.

Vrijdag word ik overvallen door een onweer maar er is geen schuilplaats en ik heb moet naar die winkel dus weeral een mindere dag wat het weer betreft. Ik vind dankzij de touristische dienst een goede en gratis camping.

Ik ben nu dichtbij de beroemde NP van Jasper en Banff. Ik fiets in een vallei tussen de Rocky Mountains en de Caribou Mountains. Het is heel mooi en met een rugwind schiet ik goed op. Ik blijf doorfietsen tot in Jasper omdat ik graag eens naar een cafe wil met live muziek en ik denk dat ik zaterdagavond wel een kans maak. Helaas is de jeugdherberg buiten de stad en ik vind geen cafe met live muziek. Ik ben er eigenlijk ook iets te laat. Ik arriveer als het donker wordt. Het wordt hier nu al om 20u donker en vandaag zelf vroeger owv de bewolking.
Dan blijkt ook nog eens dat de jeugdherberg volzet is en ik kampeer dus gewoon in de bossen.

Jasper is een echte toeristenstad en ik vind het maar niets. Hier echter begint de beroemde Icefield parkway die de NP van Jasper en Banff verbindt. Het is een weg gelegen op 1000m hoogte met enkele passen tot 2000m hoog die dwars door de Rocky Mountains leidt en je hebt fantastische zichten op gletschers, bergen, meren, watervallen, ed meer. Vrachtwagens ziijn verboden op deze weg maar de grote RVs niet en ik heb de pech dat dit een verlengd weekend is owv Labourday. Het is ook het laatste weekend voor de school begint en men wil nog eens massaal genieten van de natuur. Gevolg er zijn duizenden toeristen op de been. Je betaalt 10 dollar per dag om zelfs maar op deze weg te mogen komen.

Als ik smorgens wakker wordt en mijn tent afbreek, word ik opgemerkt door een Canadees die hier komt wandelen. Hij vindt het niet erg dat ik kampeer maar als men me betrapt op wildkamperen in een NP is het 500 dollar boete. Terwijl we praten loopt er op 100m van ons een wolf voorbij. Het is een leuk begin van deze dag.
Als ik Jasper in fiets om wat eten te kopen ontmoet ik Colin een fietser van Montreal. Hij verlaat juist Jasper.
Ook zie ik nog een klein groepje Elk (een groot soort hert). Ik fiets langs de oude HW in een poging om het verkeer te ontwijken maar dit mislukt. Men verwacht hier elke dag 10 000 bezoekers als het weer goed blijft. Verder spot ik mijn zoveelste zwarte beer. Ik ben ondertussen de tel kwijt geraakt.

Onderweg stop ik even bij de Athabasca watervallen en totaal onverwacht ontmoet ik hier Uli en Vera de 2 Duitse fietsters die ik al eens tegen kwam op het Kenai schiereiland en in Denalli NP in
Alaska. Ze zijn het regenweer beu en hebben een auto gehuurd om een week rond te toeren. Vandaar dat ze hier zijn. Ze herkennen me eerst niet door mijn nieuwe kapsel.
Het is een fijn weerzien en we praten en bezichtigen de waterval gedurende een uur.
Later op de dag neem ik de beslissing om nog een camping verder te fietsen. Ik zal er even voor het donker wordt zeker zijn. Het is ook de laatste camping voor de hoogste pas. Helaas blijkt mijn info niet te kloppen en ligt de camping op de pas op 2000m hoogte.
Hierdoor kom ik weer aan in het donker en is het ook ontzettend koud. Men heeft deze dag sneeuw gehad op deze hoogte en er ligt ijs op de tafel.

Gelukkig zijn er andere kampeerders die al een vuur hebben aangestoken in de keukenshelter.Ik heb er een leuk gesprek met een groepje gidsen.

De volgende ochtend blijkt dat ze een groep Britse soldaten overlevingstechnieken leren in het hooggebergte. Het is vandaag hun laatste dag en ik mag kiezen uit de overschotten van het voedsel.
Ik fiets naar het Icefieldcenter waar men veel uitlegt geeft over gletschers en ijsvelden. Hier ontmoet ik Colim opnieuw. Hij is gisteren door de regen niet zo ver geraakt maar ik heb vandaag tijd "verloren" door met de soldaten te koken en ik voel me ook niet zo goed. Mijn maag is wat van slag. Vermoedelijk van de echte Italiaanse koffie die een van de gidsen voor me gemaakt heeft.

Ik doe het rustig aan en geniet van de wel heel wonderlijke natuur hier. Zie een canyon en ook Peyto Lake terwijl de zon ondergaat. Het is de eerste fietsdag in lange tijd dat ik geen druppel regen heb. Het is wel koud maar te verdragen. Aan het meer haalt Colin me in en we besluiten naar de jeugdherberg te gaan. De campings zijn hier heel duur en de JHB is maar 6 dollar (4 euro) duurder. je hebt er wel meer comfort hoewel je ook hier zelf de kachel moet aansteken in het gemeenschappelijke deel. Echte lavabos of douches zijn er niet maar wel een sauna en je raadt het al. Dat was genieten.
Er zijn maar 9 gasten op deze maandagavond. (1 september) Het weekend is nu voorbij en 7 ervan zijn fietsers dus het is daar heel leuk en vrij laat geworden.

De volgende dag fietsen Colin en ik samen naar het overberoemde Lake Louise. De meest bekende en toeristische plaatsen hier zijn altijd met auto bereikbaar en de andere mooie plaatsen worden amper genoemd.
Het is nu wel bewolkt en ik vind het meer met al dat verkeer maar matig. Ik bedoel het is een mooi gletscher meer met een blauwe kleur door de mineralen maar niet mooier dan Peyto Lake waar bijna geen toeristen waren. Gekukkig waren we hier niet een dag eerder want dan waren 10 maal mensen.

Ik neem hier een iets andere weg dan Colin omdat ik ook Lake Morraine wil bekijken op aanraden van een vriendin. Ook hier zijn vele mensen. Het is ondertussen ook vrij bekend geworden. De weg er naartoe is wel bijzonder omdat je hier het dal en de Bow Rivier achter je laat en dus de bergen in moet. Slechts 12km maar ik voelde het wel. Marijke, bedankt voor de tip maar helaas had ik geen tijd meer voor de wandeling naar boven.
De rit terug gebeurt tegen een snelheid van 45km op nieuwe asfalt en is dus puur genieten.

Voor ik naar het meer vertrek, zie ik Colin nog vallen over wat gravel terwijl we eigenlijk heel rustig fietsen. Hij is even versufd maar gelukkig had hij zijn helm op.

Ik fiets naar de jeugdherberg in Banff langs de oude Bow Valley HW die met weinig verkeer en prachtig uitzichten een waardig afscheid is van deze prachtige streek.In Banff zie ik Colin terug. Het blijkt nu dat buiten enkele kleine schrammen niets heeft overgehouden aan de val.

Ik neem hier savonds nog deel aan een pooltornooi en geraak tot in voorlaatste ronde waar ik kansloos wordt verslagen. De eerlijkheid gebiedt me echter te zeggen dat dit ook de tweede ronde was. Het was ook een dag met heerlijk weer. Wel koud maar droog en zonnig.

Op woensdag fietsen we gezamelijk naar Calgary waar Colin een vriendin wil bezoeken.
De eerste 60km zijn geweldig. Fietsend uit de Rockys met niets dan vers besneeuwde bergtoppen als panorama en bijna altijd bergaf en een rugwind. Ja, zo lukt het me wel.

smiddags komt er snel bewolking opzetten en even later zitten we midden in een hagelbui. Colin krijgt hier ook nog eens een lekke band maar gelukkig kunnen we schuilen in een benzinestation.

Het regent dan nog meerdere uren tot we in Calgary aankomen. Hier blijkt dat Colins vriendin zijn mail nog niet gelezen heeft en Colin heeft dus geen plaats om te overnachten. Gelukkig is mijn gastheer ook een fietser en hij begrijpt het en nodigt Colin uit om hier te blijven.
Donderdag is een dag om wat praktische dingen af te handelen. Mijn eerste prioriteit is om nieuwe lenzen te kopen maar zonder voorschrift krijg je niets. Ik heb dus aan mijn ouders (hartelijk dank hiervoor) gevraagd om dit te mailen en gelukkig hebben ze hier de juiste in voorraad. In Fairbanks hebben ze me verteld dat je normaal 1,5 week moet wachten. Ik ben dus heel gelukkig.

Savonds ga ik naar de meeting van couchsurfing die heel interessant is maar die dan slecht eindigt met mijn fiets die gestolen wordt maar iedereen zal dat verhaal nu wel kennen denk ik.
Vrijdag als ik mijn fiets terug heb, ga ik naar hetzelfde cafe om een live optreden te zien. Men heeft me verteld dat het countrymusic is met blues. Het blijkt echter hardrock te zijn. Na een half uur zitten we dus boven in het gewone cafe. We zijn enkele mensen die ik gisteren heb leren kennen. Op zaterdag ga ik ook nog een thee drinken Meghan, ook een couchsurfster. Het is allemaal heel leuk.

Dit was het dan. Morgen vertrek ik naar het zuiden op zoek naar warm en droog weer maar eerst vooral een bezoek aan yellowstone. Hopelijk is de winter in dit gebergte nog niet gearriveerd.

groeten,

nico

zondag 7 september 2008

whitehorst-stewartcassidyHW-prince george

Hello,

My next update : Whitehorse-AlaskaHW-Watson lake-StewartcassidyHW-YelloheadHW-Prince George

I left Whitehorse on friday, august 15th, after visiting the museum Beringia. It handels over the stretch of land between Alaska and Siberia in the ice ages. I was very interesting. They showed us how people hunted before the bow and arrow where invented. Basicly it is a piece of wood that is an extention of your arm so you can throw your spear even further. We practise a little bit but i think that would go to sleep hungry a lot of times because i hardly hit any of my goals.

That evening i met the mayor of Whitehorse on the campingground. I was the weekend with discovery day so a lot of canadian people were camping out. It was a interesting conversation and i learned a bit more about yukon. She was also the only fulltime mayor of yukon. It is hard to imagine for me that is happening in a province times bigger than my country.

On sunday i started to rain when i was in a lodge. I ask if i could shelter till it stopped raining.
That was ok but it didnot stop raining and i ended up staying there in a staffroom after having pizza and beer with them. I also played and lossed some chessgames.

The next day it was beautifull weather and i left. It was in the continental divide lodge. So i was at the highest point and i had a downhill for 70 of the next 80km. This together with a tailwind did make me almost fly. I saw some riverbeavers playing in a lake and a moose with a calf.
I also met Piroshka, an american cyclist from Portland, Oregon. She warned me for the coming winter. It was allready a concern of mine but now even more. Because of this it became my longest cycling day of this trip : 188km.

Unfortunaly not all in the right direction. I want to take the scenic stewart-cassidy HW but there is no shop at the start so i had to cycle to Watson Lake and buy some groceries there and cycle the 26km back.

On tuesday i met and talked to goldsearcher. The next day i was very lucky. No i didnot found gold but when i was in the shop off the small village of Iskut the power went down. The locally operated generator had some problems the last weeks so it happens more. The staff served me and than closed the shop. I had been 5 minuts later i wouldnot been able to buy food and with the next shop 320km away i would of had no choice to wait but it was already late afternoon so i problably lost a day.

On thursday, august 21, i approched the region where the famous salmon river from stewart and hyder is. The salmon attracks a lot of bears and there is a viewingplatform to see the bears. I wasnot that far but i saw a small bear next to the road. I was very upset because i thought it was a cub and i didnot see the mother. If you come between them she will attack. I made sure i was out of there very quickly.

bNot fully recovered from that i allready saw the next bear (8km further). He looked at me and than just keep eating grass. I went on and met my 3th black bear less than 2 km further.
I wanted to camp but with so many bears i was worried about it. Than i saw an RV standing on a pull off and asked if i could camp next to them and put my food inside. They said they had seen a bear 1 hour ago 100m away and offered me a place inside to sleep. I accepted gladly.
The next morning i was raining and i rode with them to a campground at the junction to Hyder.
Tim and Lynn are very nice people and we could get along very nicely. Tim and i even cycled the 60km together to Hyder and there Lynn picked us up. We went to the platform and saw 2 bears. One only eat berries and grass but the second chased salmon and eat them. It was very interesting.

Because i kept raining i stayed another day with them and they gave me another ride till we finally had some good weather. The 250km i had a ride from them helped me very much to hopefully reach Yellowstone before the winter.
Sunday, august 24, i started cycling again after having lunch with Lynn and Tim.
That evening i saw them again at the campground. The next morning the goodbye was more definately allthough they invited me to come and visit them in a park in New Mexico where they will stay for 3 months in the winter. I was allready a region where i was interested in so it is possible we meet again. Tim even shaved my hair with his electric shaver. He had only one measurement which was very short. The next days had more sun and i even had some burned spot on my head.

Tim and Lynn, thank you very much for helping me and i hope we meet again.

Allthough the weather was good i had some showers the next days and 1 had allready hail with it. On wednesday august 27, i reached Prince George where i stayed 1 night. I had a good host from hospitalityclub but i didnot liked the city very much.

Before Prince George i met several cyclists. Susan and Martijn from the Netherlands who also want to visit Yellowstone so i felt a bit more at ease after that. It was also very nice to be able to talk my own language again.

The next message will handle my travels from Prince George to Calgary on the icefield parkway between Jasper and Banff.

greetings,

nico

op de vlucht voor de winter

Dag allemaal,

Na een stresserende dag heb ik weer tijd om log te updaten.
De route was : Whitehorse via de Alaska HW naar Watson Lake en vandaar via de Stewart-CassidyHW Kitwancool - de YelloheadHW naar Prince george.

Wel, op vrijdag 15 augustus, verlaat ik Whitehorse maar eerst bezoek ik nog een museum nl Beringea. Dit is de landbrug die tijdens de ijstijden bestond tussen Siberie en Alaska. Hierdoor zijn de eerste mensen in Amerika terechtgekomen.
Het was een uniek land met unieke dieren. Het was zeer interessant. Men demonstreet ook hoe deze prehistorische mensen dieren jaagden nog voordat men pijl en boog had uitgevonden. We gebruikten een atler dit is een stuk hout dat als verlengstuk van je arm dient zodat je je speer verder kunt werpen. Wij mochten ook oefenen en samen met een nederlands koppel heb ik dat ook gedaan. Heel leuk maar heel waarschijnlijk zou ik regelmatig hongerig gaan slapen denk ik.
Heb bijna geen enkel doel getroffen.
Ik vond het heel interessant want dit staat ook beschreven in de boekenreeks : kinderen van de dageraad van William Sarabande. Het zijn romans over die periode maar aan het einde van elk boek zijn er enkele blz die uitleggen wat nu wetenschappelijk bewezen is. Een echte aanrader dus. Ik heb dit ook aan de gids verteld en hij wil die nu ook lezen.

Als ik Whitehorse verlaat, ontmoet ik nog 3 duitse fietsers. Ze zijn gisteren aangekomen maar kunnen niet vertrekken omdat men hun bagage vergeten is ergens op een tussenstop. Gelukkig hebben ze wel hun fiets zonder schade ontvangen.
s avonds ontmoet ik nog de burgemeester van Whitehorse. Het is een verlengd weekend (discovery day : X aantal jaren geleden heeft men hier goud gevonden) en vele Canadezen profiteren ervan om nu te kamperen.

De provincie waar ik nu in ben, heet Yukon. Ik schat het ca 10 maal groter dan Belgie en heeft 32 000 inwoners waarven 24 000 in Whitehorse leven. Je begrijpt dus dat ik niet veel mensen heb gezien. Buiten Whitehorse zijn er maar 2 steden die meer dan 1000 inwoners hebben nl 1600 en 1800. Er is 1 dorp van 800 mensen en aantal van ca 400 inwoners en de rest heeft maar een 50 mensen of minder. Niet elk van die dorpen heeft een winkel dus het is voor mij heel belangrijk om te weten waar die zijn. Gelukkig blijkt mijn informatie altijd juist te zijn. Hoewel dit soms betekent dat ik meer dan 200km moet fietsen voor ik er een bereik. Kinderen gaan soms ook meer dan 100km verder naar een school. De burgemeester van Whitehorse is de enige voltijdse betaalde in heel de provincie. Kun je je dat voorstellen in een gebied 10x groter dan
Belgie?

Het weer is nu gebeterd : hoewel ik nog bijna elke dag regen heb, is het meestal maar een paar buitjes en de rest van de dag is droog en soms schijnt de zon zelfs goed.

Zondag, 17 aug, in de late namiddag begint het te regenen en het stopt niet meer tot maandagochtend. Ik ben juist in een lodge (soort wegrestaurant) en mag schuilen van het personeel. Eerst is het gewoon om het einde van de regen af te wachten maar het blijft regenen.
Ik heb een goed contact met hen en het eindigt dat ik mag overnachten in een personeelskamer. Ik speel schaak (en verlies) met een van hen. We eten pizza, kijken TV en praten veel over de regio en Belgie. Het is heel leuk. Ik hoor hier ook dan het Canadese roeiteam een gouden medaille heeft behaald in Peking. Dit is het team waar Adam mijn gastheer in Victoria (Vancouverisland) deel van is. Hij komt ook een paar keer op TV. Dit is natuurlijke reuzeleuk.

Dit is de Continental Divide lodge : dit betekent dat vanaf hier de rivieren enz naar verschillende oceanen stromen dus of naar de Pacific of naar de Noordelijke IJszee. Het is dan ook het hoogste punt in het dal en als ik de volgende ochtend vertrek kan ik de eerste 80 km ongeveer 70 naar beneden fietsen en dit met een goede rugwind. Ik vlieg dus bijna. Ik zie onderweg ook nog 2 rivierbevers spelen en een eland met een kalf.
Het is ook hier dat ik Petroska ontmoet. Een amerikaanse fietster van Portland, Oregon. Zij is de regen nog meer beu dan mij en kijkt uit naar het einde van haar tocht over 4 dagen. Zij vertelt me ook dat ik te laat ben omdat de winter eraan komt. Zeker voor Yellowstone enz.

Ik was al ongerust en nu nog meer en besluit dan ook meer te fietsen. Ik doe deze dag 188km. De langste van mijn huidige tocht. Het weer is me nu enkele dagen goed gezind met weinig regen en goede rugwind. In totaal kan ik meer dan 850km doen in 5 dagen. Helaas is het niet allemaal in de goede richting. Ik wil de stewart-cassidy HW nemen omdat die zeer mooi is en minder verkeer heeft. Er is daar ook een zalmrivier waar je vanop een platform de beren kunt zien jagen op de zalm.

Maar aan het beginpunt van deze HW is er geen winkel en ik moet 26 km verder fietsen naar Watson Lake om eten te kopen. En dus ook terug fietsen.
De weg was vroeger zeer moeilijk maar is nu voor bijna 90% geasfalteerd. Ik zie mooie dingen en heb het geluk om 3 dagen achtereen aan een meer te kunnen kamperen. Er zijn hier tientallen meren.

Op woensdag, 20 augustus, heb ik nog eens geluk. Ik ben juist in een winkel in een klein dorpje Iskut. Een First Nations dorpje. Vele van deze dorpjes zijn niet aangesloten op het elektriciteitsnet maar hebben een eigen generator. Deze is enkele weken geleden vernieuwd en nu heeft men regelmatig stroompannes. (het is tegenstrijdig maar ja). Ik ben juist binnen als er weer een panne is. Men bedient mij en sluit dan de winkel omdat men toch niet veel kan doen.
Dit zijn ook tankstations en zonder elektriek pomp je weinig benzine op.
Als ik wat later was geweest dan had ik moeten wachten tot het opgelost was want de volgende winkel is 320km verder. Het was al in de late namiddag dus dat betekende een dag wachen.


Ik bereikt nu stilaan de zalmrivier en dus ook een gebied waar vele beren aangetrokken door de zalm zijn. Op donderdagavond ben ik aan het genieten van het zonnige weer en fiets verder terwijl ik rondkijk om ergens te kamperen. Opeens zie ik een kleine zwarte beer aan de rechterkant van de weg. Ik denk eerst dat het een cub is en zoek de moeder maar vind die niet. Dit kan gevaarlijk zijn want als je tussen de moeder en jong komt, zal ze je zeker aanvallen. Ik fiets aan de linkerkant van de weg en kijk uit naar de moeder. Wat je normaal ook niet mag doen, is snel wegfietsen of lopen omdat je dan het jachtinstinct van de beer activeert en hij mogelijks achterna komt. Het is reeds bewezen dat beren sneller lopen dan je kan fietsen. (geen persoonlijke ervaring). Je moet rustig wegfietsen. Ik geloof echter dat ik niet zo rustig was maar ja. Ik geraak weg zonder enig probleem. De beer loopt zelfs de struiken in.

Ik wil nu wat verder fietsen om dan ver genoeg van de beer te kamperen. Ik ben nog niet helemaal bekomen als ik weer een beer zie (ca 8km verder). Deze bekijkt me even en blijft dan rustig van het gras en bessen eten. Ik neem een foto en besef nu dat de eerste beer waarschijnlijk een jong en klein exemplaar was maar geen cub meer dus zonder moeder.
Nog geen 2km verder ontmoet ik echter mijn derde zwarte beer. Hij verdwijnt onmiddellijk in de struiken maar ik voel me nu echt niet meer gerust. Er is geen camping in de buurt en zelfs de rustplaats van de HW kan ik niet meer voor het donker bereiken.
Ik kampeer veel op wat mijn pull offs noemt. Kleine onofficiele rustplaatsen langs de weg. Dit kunnen oude wegen van houthakkers zijn enz. Deze worden ook veel gebruikt door de RVs. Na een tijdje zie ik een pull off met RV en vraag of ik naast hem mag kamperen en mijn voedsel (wat beren aantrekt) in zijn RV mag plaatsen. Op zich heeft het koppel er geen problemen mee maar ze hebben ook hier een beer gezien op minder dan 100m. Ik mag van hen zelfs in de RV slapen en ik neem deze uitnodiging graag aan. Ik krijg warm eten en mijn was wordt gedaan.

De volgende ochtend regent het heel fel en ze stellen me voor dat ik even met hen mee ga tot de camping een 50km verder waar ze willen verblijven. Ik doe dit. Deze camping ligt op het kruispunt waar je naar de zalmrivier met beerviewingplatform kunt. Dit is een doodlopende weg en je moet dus terugkomen. Ik kan goed opschieten met deze mensen en uiteindelijk fietsen Tim en ik samen naar dit dorpje. Eigenlijk zijn het 2 dorpjes want Stewart ligt in Canada en Hyder in Alaska maar je kunt Hyder alleen via zee of lucht bereiken vanuit Alaska. Het ligt aan een fjord waar de zalmrivier in uitmond.
Het is een hele fijne rit met zeer mooi landschap hoewel het bewolkt en koud is en soms regent.
We bezoeken het platform en zien 2 beren. De eerste eet een uur lang enkel bessen enz. Er zijn zalmen in de rivier maar hij reageert niet. We zien de zalmen paaien. De tweede beer komt iets later en doet zich te goed aan de zalmen. Hij eet er 4 in zeer korte tijd.
Lyn, de echtgenote van Tim, is ons gevolgd met de auto en mijn fiets wordt op de auto gezet en we rijden terug naar de camping. Onderweg zien we ja nog 2 beren.

Het is nu de bedoeling dat ik volgende dag (zaterdag, 23 augustus) vertrek maar door de regen wordt het een verplichte rustdag. Tim en Lyn zijn zeer religieuze mensen en het is interessant hoe zij denken. Ze hebben ook 2 maal voor Bush gestemd vnl owv de abortus standpunt. Het mag niet wettelijk worden. Ze zijn vroegtijdig gestopt met werken en toeren nu rond met hun RV.
Ook op zondag regent het fel en weer krijg ik een lift. We rijden nu echter al snel het goede weer in en als we smiddags stoppen om te rusten besluit ik om verder te fietsen. Ik kan zo ook een museum met totempalen enz bezoeken. In totaal heb ik 250km met hen gereden en samen met de lift in Alaska heb ik nu 550km weg niet gefietst.
Ik weet waar ze deze nacht zullen verblijven en ja, savonds zie ik hen opnieuw.
De volgende ochtend is er het definitieve afscheid hoewel ik word uitgenodigd om hen te bezoeken in een park in New Mexico waar ze gedurende 3 maanden zullen verblijven.
Het is een streek die ik al wou bezoeken dus het is mogelijk dat ik hen terugzie.
Ondertussen heb ik mijn haar al 4 maanden niet laten knippen en mijn baard is ook al 2 maanden oud. Tim heeft een tondeus en wil dit wel voor me doen. 1 probleempje. Hij is al redelijjk kaal en houdt de rest van zijn haar dan ook heel kort. Het is de enige maat die hij heeft. Ik schat mijn haar achteraf 2mm lang.

De volgende dagen heb ik af en toe regen en soms zon maar blijkbaar genoeg om me te verbranden. Op mijn achterhoofd en door de gaten van mijn pothelm. Het is vrij pijnlijk en om erger te voorkomen steek ik zelfs even een plastiek zak onder mijn helm.
Het weer is nu meestal goed maar er zijn regelmatig stortbuien en tijdens een van hen is er zelfs hagel bij.

ik ontmoet ook nog meerdere fietsers oa Susan en Martijn van Nederland. Het is leuk om nog eens in je eigen taal te spreken. Ze fietsen de hele panamerikaanse HW en gaan ook nog naar Yellowstone. Het is laat op het jaar maar nog doenbaar. Het stelt me wat gerust.

Ik blijf 1 nacht in Prince George omdat het maar een industriestad is waar niets te zien is.

Ik vervolg mijn weg naar de beroemde NP van Jasper en Banff maar dat is voor het volgende verslag.

groeten,

nico

zaterdag 6 september 2008

Fairbanks (alaka)-top of the world hw- whitehorse (canada)

Hello everyone,

Finally i have the time and means to updat my log a little bit.
This report will handle the cycling between Fairbanks-top of the world HW-Dawson city- whitehorse.

I stayed for 3 days in fairbanks. My host Kawa and his friends took me to the fair where we had a good time, looking around and having some turkey. It is quiet a different thing from back home and i was happy to be able to do it. They also showed me around town. Kawa, Usman, Ray thank you very much for doing this.

I also met another member from couchsurfing Michael and he baked a salon for me. I never had a fresh salmon before and it tasted very good. Michael also offered me a ride to Tok. After a little hesitation i accepted it. I was sick and tired of the cold and the rain and i also had a cold. This would give me an extra day of rest and i am also worried about not getting out the north on time for winter.

On tuesday, august 5th, i visited the museum of the North which tells a lot about the way of living up here and also the sad story of the Aleuts. These people lived on the Aleutans, the islands that stretche out from Alaska to the south west into Asia.

2 off these islands were captured by the Japanese in WO2. The people were moved to the mainland and treated very badly. Left in abandend canneries with very little help diseases came and killed more than 10% of them. Even when the threath of the Japanese was gone it took over a year to get them home. There they found there homes destroyed and robbed from their religious object which contains gold. Never receiving a explanation or an apologie till the next generation started law suits in the 70s. It is still a very little known part of american history.

On wednesday morning we were suppose to leave but i wook up feeling very sick and like having a fever. Michael prosponed his departure but late in the afternoon and after having slept several hours i felt better. Michael drove me to Tok where i spend a night on a camping before i left to cycle. Michael, once again thank you very much for doing this for me. We also saw 2 mooses here.

On thursday, i left for a village called Chicken. It is called that way because there is a bird Ptarmigan that lives very much. The first Europeans could not pronounce this name and because the bird looked like a chicken they called the village chicken.
There are only 3 houses and all serve the tourists who come here in great numbers to visit the old goldmines and take the scenic top of the world HW. From here on the road is unpaved till the border. The next day it started to rain and with much effort i could reach a lodge where i was able bo dry and warm up at a woodstoof. In the afternoon i cleared up and i cycled to the border on very steep hill. From here on the fun starts because you are on a mountainridge for 80km with very beautifull sights. That fridayafternoon, august 8th, i had i had sun and everything was looking fantastick.
On saturday however it started to rain. I stayed in my tent till the afternoon when it became a bit better but also i had to leave because my food and water supplies were running out. I have a filter to clean creekwater but on a ridge there are no creeks so that was a problem. I also have emergence food with me but you need water to cook it so there was a problem aswell.
It was mostly so clouded that i didnot see much any more. Sometimes even less than 50m

On the ridge i met a Japanese cyclist i met earlier in Alaska. I am doing a half loop and he does it complete in the opposite direction so that together with the few roads you can take means we meet again.

Officially the road on the canadian side is paved but i only saw 5 km pavement off the 85km HW.
Canadian sense of humour?

I reached the yoothostal in Dawson city which is quiet different. I wants to show you how important energy is and so it has no elektricity. For heating and cooking you have to chop your own wood. I think it is a great idea but when you are coming from the top of the world HW and you are tired, wet and hungry and in the middle of the cooking you notice you have to chop more it kind of sucks.
Dawson city is very touristic with all the staff dressed up like 100 years ago. Sometimes it feels a bit fake but i gives a good impression how it was back then.

From sunday to thursday, august to, i cycled to Whitehorse on the Klondike HW. I get out of the permafrost and saw some other trees than black spruce. I spent a night in a native village which was interesting.

I also saw the consequences of a major forestfire. There were very good signs explaining things. It is a part of natures cycle and now they dont put out a fire unless it threatens a village.

This was it for now. I hope to send my next rapport over the stewart-cassidy HW tomorrow.

greetings,

nico

vrijdag 5 september 2008

Alaska -Top of the World HW-Canada

Dag allemaal,

Eindelijk nog eens een verslagje van mij.

Route : Fairbanks (Alaska)-top of the world highway -Dawson City (Canada)- Whitehorse.

Door omstandigheden is het lang geleden dat ik nog eens heb kunnen mailen maar ik hoop in de komende dagen alles weer aan te vullen.

Mijn vorig verslag was geeindigd in Fairbanks. Ik ben er 3 dagen gebleven en heb er een leuke tijd gehad. Mijn eerste host Kawa van China heeft me met zijn vrienden meegenomen naar de jaarlijkse fair. Een kruising tussen een markt en een kermis. We hebben er kalkoen gegeten enz. Ze hebben me de stad laten zien. Het gekke is dat niemand van hen van Alaska of zelfs maar Noord-Amerika was. Fairbanks is geen mooie of leuke stad maar heeft wel een goed museum.
Museum of the North. Het vertelt veel over Alaska en ook over de Aleoeten.
Dit is de eilandengroep die naar het zuidwesten loopt en tot in Azie reikt. Enkele van deze eilanden zijn tijdens de tweede wereldoorlog aangevallen en veroverd door Japan. Het is het enige grondgebied van de USA dat ooit door een vreemde mogendheid bezet is. Voor de oorlog was er geen weg naar Alaska. Alles ging via de zee of lucht. Na deze aanvallen is de Alaska HW in 9 maanden gebouwd over een afstand van meer dan 3000km. Grotendeels trouwens over Canadees grondgebied.

Een ander gevolg van de aanvallen was dat de inwoners van meerdere eilanden geevacueerd werden om hun te beschermen tegen de Japanners. Soldaten konden dan beter verdedigingswerken bouwen. Deze inwoners waren allen First Nations of Indianen en zijn erg slecht behandeld. Men heeft ze in vervallen en verlaten fabrieken (salmoncanneries) gedumpt en ze dan aan hun lot overgelaten. Gewend aan open toendra op de eilanden en niet aan het dikke regenwoud van de westkust en zonder enig materiaal om hun leven aangenaam te maken zijn er snel ziektes uitgebroken waardoor meer dan 10% is gestorven. Enkelen overlevenden hebben hun verhaal verteld op video. Men laat dan ook zien hoe Duitse krijgsgevangenen werden behandeld. Zij leefden bijna in luxe. Het contrast was zeer scherp. Als de Japanse dreiging voorbij is, duurt het nog een jaar voor ze mogen terugkeren. De administratie had geen tijd voor hem. Enkel een aantal mannen die op zeehonden mogen jagen (alleenrecht van deze first nations) en voor de regering veel geld opbrengen zijn snel terug thuis.
Bij hun thuiskomst vinden ze verwoeste huizen en zijn vele religieuze voorwerpen die goud bevatten gestolen door de Amerikaanse troepen. Nooit is hier voor enige compensatie of excuus voor geweest tot de nieuwe generatie van First Nations eind jaren 70 het voor het gerecht brengt.

Ik ontmoet ook nog Michael een ander lid van couchsurfing die een verse zalm voor me bakt. Heerlijk. Hij vertrekt op woensdag 6 augustus naar de Lower 48 en wilt me wel een stuk meenemen. Na enige aarzeling aanvaard ik dit. Het geeft me een extra rustdag en vooral tijd om over mijn verkoudheid te geraken. Ik doe dit ook omdat ik besef dat het nog een lange weg is en ik redelijk weinig tijd heb om voor de winter uit het noorden te zijn. Hij zal me tot in Tok, 300km verder, brengen. Ik neem hier een andere weg nl de Top of the World highway. Door andere fietsers omschreven als uitzonderlijk mooi maar ook heel zwaar omdat hij niet geasfalteerd is.

Woensdagochtend word ik echter ziek wakker. Ik voel me alsof ik koorts heb. Michael stelt zijn vertrek uit. Ik kan immers zo niet fietsen. Laat in de namiddag en na meerdere uren slapen voel ik me veel beter. We vertrekken en ik zal in Tok (waar ik op de heenweg ook ben geweest) overnachten op een camping zodat ik nog een nacht rust heb. Onderweg zien we nog 2 elanden waarvan een met kalf.

Donderdag fiets ik en ook hier heb ik weer wat pech. De laatste dagen in Fairbanks was het redelijk tot mooi weer maar vandaag heb ik bewolking en ook weer regen. Het zicht is soms beperkt tot 50m. Ik ben hier nog niet op de Top of the World HW maar op de taylor HW.
Na 95km kom ik in een dorpje Chicken genaamd. Het werd door de blanken zo genoemd omdat de Ptarmigan, een vogel, veel voorkomt maar de eerste Europeanen konden dit niet uitspreken en omdat de vogel wat op een kip lijkt hebben ze het maar Chicken genoemd.

Er was me verteld dat hier een winkel is maar het is een souvernirwinkel en ze verkopen geen brood. Het hele dorp bestaat uit dit souvernirwinkeltje, een bar, een cafetaria en 2 RVparkings. Het bestaat enkel omdat er nog veel toeristen komen omdat dit het hart van de oorspronkelijk goldrush is en dit de enige weg is om via de Top of the World HW in Canada te geraken.
Ik wil brood kopen in de cafetaria wat in eerste instantie geweigerd wordt maar als ze zien dat ik met de fiets ben, maken ze een uitzondering voor me.

Vanaf hier is de weg ook officieel ongeasfalteerd tot aan de grens. Ervoor noemen ze de ongeasfalteerde stukken wegenwerken en daar waren er toch enkele van.
Ik fiets naar een camping een 25km verder. Ik krijg nog wat regen te verwerken maar de volgende dag is het nog erger. Na dat ik vertrokken ben, regent het meerdere uren aan een stuk. De weg wordt op sommige plaatsen heel modderig en aangezien ik hier in de bergen ben, is het ook koud. Ik bereik met veel moeite een berglodge waar ik een koffie drink en me kan drogen en opwarmen aan een houtkachel. Elektriciteit en lopend water is er niet. In de winter wonen hier welgeteld 3 mensen. In Chicken zijn dat er een tiental. De enige manier om hier te komen in winter is met een sneeuwscooter. Als die onderweg pech heeft moet je lopen wat de eigenaar al overkomen is.

Gelukkig voor mij klaart het weer op en het wordt zelfs zonnig en warm. Ik ontmoet ik een Nederlands koppel waarvan de man 2 jaar geleden dit stuk heeft befietst. Hij geeft me brood en powerbars omdat hij weet hoe moeilijk het is. Na de lodge of berghut is er een steile helling van meerdere km waar ik door de modder moet en zelfs hard moet zweten door de zon.

Aan de grens begint het het leuke stuk. Je moet 80km fietsen over een bergkam boven de boomgrens waardoor je een uitzonderlijk zicht hebt op het gebergte met de valleien enz. Het is heel mooi. Officieel is het Canadese stuk geasfalteerd maar in totaal vind ik niet meer dan 5km asfalt. Ik kampeer langs de weg wat geen probleem is aangezien de grenspost sluit om 21u en er dus geen verkeer is.
De volgende dag, zaterdag 9 augustus, begint met regen en ik blijf tot in de namiddag in mijn tentje tot het weer wat opklaart. Ik moet ook verder fietsen omdat mijn eten en vooral mijn watervoorraad te klein wordt. Ik heb altijd noodrantsoenen bij me en een filter om water te zuiveren maar hier zit ook het probleem. Op deze bergkam zijn er immers geen beken waarvan ik het water kan filteren. Ik wist dit en had dan ook meerdere flessen water bij me. Helaas was een van de flessen al wat ouder en begint nu te lekken. uitermate goede timing is dat. De noodrantsoenen zijn gedroogde maaltijden die met een halve liter kokend water basisvoeding geven maar zonder water heb je niets.

Ik kan nu ook bijna niets meer zien van het landschap omdat ik meermaals in de mist fiets met een zichtbaarheid van minder dan 50m. Ik ontmoet hier nog wel een Japanse fietser Shu die ik al eens eerder had gezien. Ik maak immers een halve lus door Alaska en hij fietst de lus in de andere richting. Omdat er zo weinig wegen zijn, kom je elkaar dus nog eens tegen.

Ik bereik Dawson City waar ik overnacht in een alternatieve jeugdherberg, (de enige die er is). Men wilt je hier laten zien hoe kostbaar energie is en ze hebben dus geen elektriciteit. Wil je je opwarmen of koken, moet je zelf hout hakken of hopen dat iemand anders voor je de kachel heeft aangestoken. Ik vind het nu een prachtig initiatief maar als je juist van de Top of the World HW komt en hebt afgezien en hongerig en koud bent, vind ik het persoonlijk maar klote als halverwege je eten je opeens merkt dat het hout op is en je moet hout hakken waardoor je water dat bijna kookte natuurlijk weer koud word.
Dawson City leeft nu van de goudmining en van de toeristen en overal zie je het personeel in kostuums van de 19de eeuw lopen. Het is leuk maar geeft ook een kunstmatig effekt. Ook de huizen hebben gevels zoals je in de oude westerns ziet. Ik ben er maar een nacht gebleven.

Van zondag tot donderdag (10-14 augustus) fiets ik van Dawson City naar Whitehorse. Hierdoor kom ik uit het gebied van de permafrost, de eeuwig bevroren grond, met zijn black spruce forest. (een speciale denneboom die aangepast is om hier te kunnen groeien). Ik overnacht nog in een First Nations Village. Door de hoge graad van alcohol en drugsverslaving zijn sommige van deze dorpen droog verklaard dwz er is geen alcohol dus geen cafe of niets. Het is wel een leuke ervaring.

Ook zie ik nog de gevolgen van een zeer grote bosbrand van 10 jaar geleden. Men heeft hier zelfs vele borden met uitleg opgehangen. Dit is zeer interessant want zo zie je hoe langzaam een woud in het noorden hersteld. Ook maken ze duidelijk dat de vele bosbranden (meestal veroorzaakt door bliksem) een deel zijn van de natuurlijke cyclus. Als gevolg blust men de branden niet tenzij ze een dorp ofzo bedreigen.

Dit was het. Mijn volgend verslag hoop ik morgen te plaatsen en dit zal mijn tocht van Whitehorse tot Prince George over de Stewart-Cassidy HW behandelen.

groeten,

nico